2007-03-29

Gloeilampen

Carbon filament lamp
In het kader van de beperking van het energieverbruik en de CO2 problematiek wil men in Australië tegen 2010 het gebruik van gloeilampen verbieden. In Europa gaan stemmen op voor gelijkaardige maatregelen.
Het vervangen van gloeilampen door energiezuinigere lampen, zoals de compacte fluorescentielampen (spaarlampen) is inderdaad een stap in het verwezenlijken van energiebesparingen. De spaarlampen hebben ondertussen een groot deel van de markt ingenomen: voor een frequent gebruikte lamp laten zij inderdaad een behoorlijke energie- en kostenbesparing toe: nemen we bijvoorbeeld een brandduur van ongeveer drie uur per dag (afgerond 1000 uur per jaar) over een periode van vijf jaar gerekend, met een elektriciteitsprijs van € 0,10 per kWh:











GloeilampCompacte fluorescentielamp
Levensduur1000 h5000 h
Vermogen100 W20 W
Kostprijs lamp€ 0,50€ 8,00
Lampenkost€ 2,50€ 8,00
Verbruik500 kWh100 kWh
Energiekost€ 50,00€ 10,00
Totale kostprijs€ 52,50€ 18,00

De potentiële besparing door het gebruik van compacte fluorescentielampen is dus duidelijk.
Men moet echter in ogenschouw nemen dat voor sommige toepassingen gloeilampen nog wel aangewezen kunnen zijn: in elk gebouw, residentieel of industrieel, zijn er immers lokalen, zoals bergruimten, kelders en dergelijke, die slechts zeer sporadisch verlicht moeten worden. Bekijken we bovenstaande gegevens nogmaals voor een bedrijfsduur van drie minuten per dag (afgerond twintig uur per jaar) over vijf jaar.









GloeilampCompacte fluorescentielamp
Vermogen100 W20 W
Lampenkost€ 0,50€ 8,00
Verbruik10 kWh2 kWh
Energiekost€ 1,00€ 0,20
Totale kostprijs€ 1,50€ 8,20

De kortere levensduur van de gloeilamp is hier geen nadeel meer (de termijn zou gerust van vijf jaar naar twintig jaar of meer kunnen worden verlengd), en door de geringe benutting is de energiewinst onvoldoende om de spaarlamp te verantwoorden. De geringe benuttiging leidt tot een gering totaal energieverbruik en een te verwaarlozen milieuvoordeel.

Het milieu aspect van de spaarlamp moet overigens niet enkel in het kader van het energieverbruik worden gezien: spaarlampen zijn veel complexer dan gloeilampen; zin bevatten niet gewoon een gloeidraad, maar componenten zoals een elektronisch voorschakelapparaat en een fluorescentiebuis met fosforescentiepoeder.
Dit zou moeten het onderwerp vormen van een volledige levenscyclusanalyse (LCA) die rekening houdt met de gebruikte grondstoffen, de productie, het gebruik, de recyclage en het afval. Slechts op deze manier kan voor elke toepassing het meest gunstige alternatief worden geïdentificeerd.

Een eenzijdig verbod op gloeilampen is dan ook te beschouwen als een typisch voorbeeld van regelneverij die de burger eens te meer reduceert tot een consument, die slechts toegang heeft tot wat de uitvoerende macht en de marketing voor hem hebben beslist. In het algemeen kan gesteld worden dat door zulk beleid de maatschappelijke conditie van de intellectueel in ernstige mate wordt gecompromitteerd.


Labels:

2007-03-18

Elektriciteitsdistributie

Bovengrondse laagspanningsdistributie met isolatoren
Het blok Zeype straat - Bethaniën straat te Mechelen was één van de laatste plaatsen in de stad waar nog de traditionele laagspanningsdistributie, met bovengrondse leidingen op isolatoren, in gebruik was op het niveau van een hele straat. Enkele maanden geleden konden we dit nog op foto vastleggen.

Nu is alles voorbij: alle leidingen zijn ondergronds geplaatst, de straatverlichting gebeurt via masten op het trottoir (hetgeen wellicht de honden gelukkig zal maken...) .

De elektriciteit wordt overal de ondergrond in gedrukt: naast de laagspanning doet een zelfde evolutie zich voor met de middenspanningsnetten, die thans bijna volledig ondergronds zijn, en zelfs met de hoogspanningsleidingen, waar tegen de noodzakelijke aanleg van nieuwe verbindingen luidruchtig verzet wordt geboden, meestal door personen met een gering begrip van elektrotechnische aangelegenheden...

Het ondergronds brengen van de elektrische leidingen mag dan wel bepaalde technische voordelen hebben (bescherming tegen storm en dergelijke; alhoewel: groter risico op beschadiging bij werken allerlei!), maar het leidt tot een geringere zichtbaarheid van de elektriciteit en een minder bewuste ervaring van haar maatschappelijk belang, hetgeen ondermeer een factor kan zijn in de gestage vermindering van het aantal studenten die elektrotechniek als specialiteit kiezen.

Er is hier een kans gemist om nog een prachtig geheel van bovengrondse elektrische distributie met isolatoren te bewaren als deel van het elektrisch erfgoed en als beeldbepalend deel van het stadsgezicht. Het elektrische erfgoed is volwaardig deel van ons erfgoed en verdient meer dan ooit onze aandacht.

Labels: ,